First Name:  Last Name: 
[Advanced Search]  [Surnames]
Bosschaerts - Persyn Genealogical research - Geschiedenis

Geschiedenis


Geschiedenis van Bouwel en Hof van Bouwel
De Heren van Bouwel
Meer dan 200 jaar (de) Bosschaert de Bouwel

Link to genealogyGenealogie van Georges de Bosschaert (1756-1836), Heer van Bouwel (1789-1836)

Wapen van Grobbendonk - toegekend 17 april 1990
Grobbendonk

Bouwel ligt niet ver van Herentals net onder de E313. Je neemt dan ook afrit 20 "Herentals-West".
Op 1 km van de afrit ligt Bouwel links van de N13 naar Nijlen en Lier.
Met de trein neem je de lijn Lier-Herentals, maar niet alle treinen stoppen in het station van Bouwel!


Onze gemeente ligt in ’t hartje van de provincie Antwerpen, bij de samenvloeiing van de Kleine Nete en Aa.
Floris Prims noemde Bouwel en Grobbendonk respectievelijk “moeder- en dochterdorp”.
Het valt inderdaad op dat het grondgebied van Bouwel zeer mooi past in dat van Grobbendonk. Tevens zijn deze beide dorpen eeuwenlang met elkaar verbonden geweest. Van 1300 tot 1487 beheerde één Heer de beide dorpen en de fusie van 1976 herstelde deze oude verbondenheid.



Herkomst van de naam

Het woord "Bouwel" is eveneens tweeledig.
Het eerste gedeelte is een persoonsnaam: "Bouden",
het tweede deel is een woudtoponiem dat toonloos geworden is (Lo wordt le en el).

In het oorkondeboek van de abdij van Rozendaal te Sint-Katelijne-Waver wordt op 17 febr. 1244 hun bezitting te Bouwel vermeldt onder de naam "Bordele".
De bewoners van de streek ten Zuiden van deze duinen- en heidengordel, gevestigd op vruchtbare grond, en afgesneden van de parochie, vormden weldra een afzonderlijk gehucht "Baudeloo" dat spoedig tot een zelfstandige parochie uitgroeide. Op het einde der 13e eeuw was deze scheuring voltrokken en wordt de parochie voor de' eerste maal onder de naam « Bouwele » ontmoet in stichtingsoorkonde van het jaar 1286 van het gasthuis van Herentals.
De oudst gekende inwoner van onze deelgemeente was "Henricus de Boudele, dictus here". Het testament van deze heer werd verleden op 24 nov. 1296 volgens de oorkonde van het gasthuis van Herentals.
Tot in het midden van de 14e eeuw is Bouwel of zoals het toenmaal geschreven werd "Boudele" een jachtdomein van de hertogen van Brabant en waarschijnlijk was er een jachthuis waaruit dan later het kasteel is ontstaan.
 

Het ontstaan van het dorp Bouwel

Als men de kaart beziet van de dorpen van het kanton Herentals en de grenzen der gemeenten volgt, dan kan men vaststellen dat de kleine gemeente Bouwel (647 hectaren) als uitgeknipt is uit het oude Grobbendonk dat nu nog 2197 hektaren beslaat.
De grenzen van Bouwel en Grobbendonk vallen samen met de grenzen van de oude Sint Lambrechtsheide, eertijds de eigendommen der St. Lambertuskerk van Grobbendonk en die bestond uit brede heiden, duinen en goren. Het laatste overschot dezer kerkheide werd bij het graven van het Albertkanaal aan de firma Laboremus verkocht.

In de tweede helft der 14e eeuw heeft de hertog van Brabant zijne heerlijkheid van Bouwel afgestaan aan Aart van Crayenhem, heer van Grobbendonk.
De nieuwe heer van Bouwel heeft dan de kerk van zijn nieuw goed verkozen om er begraven te worden. Zo hij reeds een « huis » had te Bouwel zal het niets meer geweest zijn dan het oude jachthuis.
Zijn zoon Aart van Crayenhem II bouwde de priorij van O.L.Vr. ten Troon en wou aldaar begraven worden, maar deed toch ook een zerk leggen te Boudele. Zijn dubbele heerlijkheid Grobbendonk en Bouwel vererfde hij aan zijn oudste zoon van zijn onwettige dochter: Aart Brant
Aart Brant kwam in 1437 in bezit van deze erfenis. In 1485 verdeelde hij zijn goederen onder zijn zonen, waarvan een Huibrecht Brant. Bouwel als afzonderlijk goed erft en waarschijnlijk dan ook het eerste kasteel bouwde en de eerste Heer van Bouwel werd.


kasteel van Vorselaar - gravure 1705

Pentekening van Praetorium de Bauwel, van de Meyerye van Santhoven
Originele kopergravure door Ertinger uit Adelyke Lusthoven in het Hertogdom Brabant, uitgegeven in 1706 door J. Le Roy.

Toelichting: Bauwel is een oude Heerlykheid, gelegen in de Meyery van Santhoven, welke in het jaar 1429, aan Aarnoud van Crayenhem, Ridder,
Heer van Grobbendonk, teokwam, die Huybert Brand en zyne naakomelingen naderhand in eigendom hadden, van welkers geslacht dezelve overgebragt is aan de Huyze van Damant, en zedert, door huwelyk, aan dat van Varik ...



Het kasteel van Bouwel was oorspronkelijk een schranshoeve, die uitgegroeid was en bewoond door een adellijke heer.

In 1820 werd het kasteel, nadat het door de Fransen was afgestookt, terug opgebouwd door Paul de Bosschaert de Bouwel, met zijn neef Della Faille de Levergem als architect.. Deze legde ook de prachtige beukendreven aan. Het kasteel van Bouwel is gelegen naast een vijver van meer dan 600 meter lengte. Het park is omringd door een brede sloot en het kasteel verheft zich te midden van een elegant park. De vijver van het kasteel is bewoond door tal van wilde eenden en andere watervogels. Het park zelf telt tal van exotische bomen, mythologische beelden, bruggen en wandelpaden.


De Heren van Bouwel

Huibrecht Brant was de eerste Heer van het onafhankelijke Bouwel in 1487. Er bestond reeds een kasteel, eerder een versterkte hoeve, met water omgeven.
Zijn zoon Aert, werd Heer van Bouwel en schout van Lier genoemd (1545). Diens zoon, Willem, volgde in de voetsporen van zijn vader, als dorpsheer en schout van Lier. Diens zuster, Barbara, huwde met Nicolaas Damant, burggraaf van Brussel en tijdelijk kanselier van Brabant. In deze laatste functie werd hij aangesteld door de Spaanse landvoogd Alexander Farnese.
Hun dochter, Anna, huwde met Hendrik van Varick, markgraaf van Antwerpen, Heer van Bouwel, Olmen en Boendael.
Daarna volgden meestal bij verkoop, de families Biel, Schotti en van Rozendael.

De heer van Rozendael was in dienst van de Spaanse Gouverneur van ons land, markies de Castel-Rodrigo, en wel als militair ingenieur, vooral gespecialiseerd in vestingbouw. Als dusdanig wordt de Heer van Bouwel in 1666 gelast met het opmaken van de plannen voor de uitbouw van de vesting van Charleroi aan de Samber. Hij schepte er genoegen in om binnen zijn goed te Bouwel, het fort van Charleroi met zijn 8 bolwerken en vesten in 't klein na te bootsen en uit te graven.
De Spanjaarden namen het anders op : ze vreesden dat bij een gebeurlijke opstand de maquette van de vesting zou gebruikt worden of om een ander reden. Het "fort" moest afgebroken worden en de Heer van Bouwel werd beboet met 20 000 gulden en 2 jaar gevangenisstraf. De omtrekken van de bolwerken tekenen zich nu nog af in de bestaande vesten die in en rond het "binnenbos" liggen. En wie een huidige militaire kaart beziet, kan opmerken dat de grachten in het "binnenbos" veel gelijkenis vertonen met de vestinggrachten van de oude forten van Antwerpen. De plaats heeft ook nog lange tijd in de volksmond "de charleroe" of  "Charleroi" geheten.
Een gravure van het  kasteel zoals het er toen heeft uitgezien, “Praetorium de Bauwel” genoemd, vindt men terug op een gravure van 1676 uit de "Notitia Marchéonatus" van Baron le Roy. Dit complex werd in het begin van de 19e eeuw afgebroken.

In het begin van de 18e eeuw kwam de heerlijkheid Bouwel toe aan de Antwerpse familie de Witte,
De dochter van Jan De Witte, Heer van Bouwel, huwde met Ridder Jan de Bosschaert. Ondertussen was Joannes Simon de Heuvel, oom van Jan, hier kasteelheer geworden.
Joannes de Heuvel was ook nog Heer van Uitbergen, Overmere en Terstraeten. Na zijn overlijden verkocht de familie de Heuvel de "Heerlijkheid van Bouwel" aan Paulus Josephus de Bosschaert.



Het Hof van Bouwel en de familie (de) Bosschaert de Bouwel

Paulus J. de Bosschaert de Bouwel
werd geboren in 1756 en wordt de herbouwer van het Bouwelhof.
Hij is de zoon van Joannes J.H. de BOSSCHAERT en  Isabella de WITTE de BOUWEL en LEEUWERGHEM.
Hij huwde in 1783 Martha de PROLI, en uit dit huwelijk werden twee kinderen geboren : Isabella, die huwde met Osy de Wichen, en Paul, die op jeugdige leeftijd overleed.

In 1789 kocht Paulus Josephus de Bosschaert het kasteel tezamen met 1500 ha grond.
Hij «regeerde» van 1789 tot 1836 en onder koning Willem I was hij provinciaal commissaris voor de landbouw en toezichter der ridderorden.
Het toevoegsel bij de naam "de Bouwel" en de titel van ridder werd toegestaan door deze Koning omdat hij tijdens een bezoek aan de legermanoeuvres in het kamp aan de Bouwelheide, op het kasteel mocht verblijven.
Dit zal wel de bijzonderste drijfveer geweest zijn die hem aangezet heeft het hof van Bouwel te vergroten, herop te bouwen en te versieren in de vorm en uitzicht die het nu nog heeft.


plan van kasteel van Bouwel anno 1825
Plan van Kasteel van Bouwel anno 1825, met bruggen, wandelpaden en beelden zoals door Paulus Josephus de Bosschaert aangelegd.
Een Chinese brug, duivelsbrug en uitzichtpunt (richting Herentals) opgesmukt met heel wat beelden:
Chinees gezin, Mercurius, Neptunus, (zedige) Venus, Céres, Apollo met lier , berger speelt op fluit, Venus verlaat haar bad, Flora, enz.
Ook vind je er de Boom van Kitty, kruispunt van de vrolijkheid, "cabinet d'amour", uitzicht acacia, enz
"Charleroi" met zijn bolwerken en vesten is nog steeds herkenbaar. Ook de ijskelder staat op dit plan


In 1818 krijgt een Frans tuinbouwkundige de opdracht om plannen om de aanleg van dreven en warande op te maken, de uitvoering ervan na te zien en te controleren.

De moerassen en vennen, rond het landgoed van 1500 ha, werden drooggelegd o.a. door het recht trekken van de Bouwelgoorbeek. De oostkant van het park, was een slijkerige vijver, die een uitloper was van de oude Bouwelgoorbeek. Deze vijver werd gedempt met de gronden voortkomend van de nieuwe buitenvest en aangevoerd uit het naburige Rostal. De lagergelegen drassige gronden werden herschapen in vruchtbare gronden en het veelvuldig uitbreken van de moeraskoorts werd zo ingedijkt.
Terzelfdertijd werden bruggen, wandelpaden en zelfs beelden uit de godenleer aangebracht, alles volgens de toen geldende principes van parkaanleg waar de Fransen destijds meester in waren.

Paul Bosschaert de Bouwel 's neef, della Faille de Leverghem tekent de plannen voor het herbouwen van het «Hof van Bouwel» in een neoclassicistische stijl; met als jaartal 1820.


wapen de Bosschaert aan grafkelder Kasteel van Bouwel
Wapenschild van de Bosschaert aan
de grafkelder van het Kasteel van Bouwel

De symmetrisch opgebouwde voorgevel wordt geaccentueerd door een gebogen vorm op het dak en een luifel boven de inkom.

De opsplitsing van het gebouw is eenvoudig: in de breedte wordt het kasteel opgedeeld in twee zones door een centrale muur, terwijl de lengterichting van het gebouw in drie zones wordt verdeeld, waarbij de centrale zone, die vooraan gelegen is, ook een majestueuze trap van het gelijkvloers naar de eerste verdieping bevat.


Kasteel van Bouwel - oude postkaart anno 1900 Kasteel van Bouwel - park
Oude postkaart van het Kasteel van Bouwel - anno 1900
Park van het Kasteel de Bouwel

Daar de heer Paul de Bosschaert de Bouwel geen mannelijke afstammeling had, heeft hij zijn goed vererft aan één van zijn "verre neven". (verre neef dwz. verre familie - meer dan 3 generaties)


August M.J. Bosschaert de Bouwel, Heer van Botermelk in Schotel, erfde het kasteel en bijhorende gronden in 1836.

Tijdens zijn bewind (1836-1866) kwamen verschillende gebouwen tot stand die een functie hadden, die rechtstreeks in verband stond met het kasteel. De oudste vermeldingen, die te vinden zijn op de rijksdienst voor het kadaster, zijn: de herberg «Het Engelsch Huis» (1845); hovenierswoning (1851); het koetshuis en paardenstallen (1856); het boswachtershuis of jachthuis (1856); de schrijnwerkerij (1865) en het postgebouw (1869).

postkaart Bouwel - herberg het Engels Huis
de herberg «Het Engelsch Huis»

postkaart Bouwel - kasteeldreef

August Bosschaert de Bouwel zorgde er ook voor dat de spoorlijn Lier-Turnhout door Bouwel kwam.
Deze ‘ijzerweg’ werd aangelegd in 1855.

postkaart Bouwel - station

De omgeving is gaaf gebleven en vormt nog een harmonisch geheel, licht gestoord door de losplaats en het stationsgebouw .

de beukendreef aan het Kasteel van Bouwel


Georges M.J. Bosschaert de Bouwel
was van 1868 tot 1900 de Heer van Bouwel.
Hij is een broer van August M.J. Bosschaert de Bouwel - de vorige Heer van Bouwel, zonen van Augustinus Egidius BOSSCHAERT en Angelina M.J. della FAILLE de LEVERGHEM.

De halfronde houten vestibule werd in 1873 aan het kasteel gebouwd, die enerzijds de dienstingangen bevatte en anderzijds voor een verbeterde luchtcirculatie moest zorgen tussen de eerste en tweede verdieping.

Hij liet de beukendreef planten tussen de herberg «De Lindekens» (eerst: Pannenhuis) en de verbinding met de steenweg naar Herenthout.

In 1873 liet hij de «Roetbeek» graven om de moeraskoorts te doen afnemen. Hij liet ook enkele wegen aanleggen.
Ook de in neo-Vlaamse stijl opgetrokken meisjesschool is een verwezenlijking van Georges Bosschaert de Bouwel.




In 1902 erfde Georges' zoon Emilius M.J. Bosschaert de Bouwel het kasteel van Bouwel.
Hij legde enkele stopplaatsen aan in Bouwel, namelijk de herberg De Lindekens en herberg Het Engels Huis. Zij vielen letterlijk in de smaak van de toeristen. De twee herbergen bestonden reeds vroeger, maar nu werd er slaapgelegenheid in voorzien.
Dat Bouwel vroeger geliefd was bij tal van toeristen, getuigen de ongeveer 400 postkaarten die er toen in omloop waren.

Verder kocht de Heer Emile Bosschaert de Bouwel het Gravengoor aan van de hertog d'Ursel en legde hij de steenwegen van de Langeheuvel en het Hanegoor aan. Hij schonk ook de Dorpstraat aan de gemeente en het patronaat aan de parochie.

Georges de Bosschaert de Bouwel - Heer van Bouwel van 1924 tot zijn overlijden in 1968

Georges de Bosschaert

In 1924 nam Georges Augustin M.J.G. Bosschaert de Bouwel de fakkel over.
Hij was de kleinzoon van Georges Bosschaert de Bouwel, kasteelheer van 1968 tot 1900 en Collette van den BERGHE.

Toen Georges Bosschaert de Bouwel sterft in 1968, bleef zijn vrouw, Marie Louise C. J. de BRACONNIER, in het kasteel wonen tot ze in 1985 overleed.

De grafkelder van de familie bevindt zich aan de achterkant van de Onze-Lieve-Vrouwe kerk.
Het kasteel van Bouwel, eens het centrum van de gemeente, heeft nog niets van zijn schoonheid verloren
Het Kasteel van Bouwel met de Citroen 2pk van Georges de Bosschaert
Marie Louise de BRACONNIER was zeer geliefd in Bouwel, te meer daar zij in elke vereniging haar steentje bijdroeg in de voor-bereiding van allerlei manifestaties. Wie heeft haar ooit niet zien staan aan het gasfornuis bij de schoolfeesten of dergelijke?


Kasteel van Bouwel - de dreef Bouwelhof, nu eigendom van familie Thijs - foto november 2007
Beukendreef naar het Kasteel van Bouwel (foto november 2007)
Kasteel van Bouwel - nu "Bouwelhof" (foto november 2007)
Het domein is nu eigendom van de familie Thijs (Biscuiterie Thijs, Herentals)
Het domein is nu eigendom van de firma Thijs die het kasteel met zijn park kocht in 1985.
Het kasteel kreeg een grondige en welverdiende opknapbeurt, zodat het «Bouwelhof» nu weer prijkt te midden van zijn bossen en waters, zoals in zijn glorierijke tijden.

 

Google Maps - Hof van Bouwel (Bouwelhof) Het Park 1 - 2288 Bouwel

Grotere kaart weergeven


Aanverwante pagina's :

Boom - Heren van Boom
Boom - Georges Bosschart - Heer van Boom
Genealogie van Georges Bosschaert, Heer van Boom
Boom - kasteel 's Heerenshof
Boom - de baksteenindustrie

Vorselaar - Kasteel de Borrekens
 


Enkele hyperlinks of referenties:

Gemeente Grobbendonk op www.grobbendonk.be
Historische wandelingen door Grobbendonk op www.grobbendonk.be

Heemkundige Kring Awena Grobbendonk

met dank aan Francis Drijbooms (+) die me heel wat info over Bouwel en familie de Bosschaert de Bouwel bezorgde.

Bomen met een verhaal - Grobbendonk bomen in Grobbendonk - een boom is meer dan er staat
Gemeente Bouwel op Wikipedia
Wandeling door Bouwel op Seniorennet

Biscuiterie Thijs - Jules Thijs, huidige eigenaar van het Bouwelhof
"De Heren van Bouwel" door G.G. - krantenartikel van 13 jan. 1988



Return to Index of additional webpages
© Rudi Bosschaerts, 2009
Top of pageGo back