Bosschaerts - Persyn Genealogical research - Known painters
Genealogie Thomas Willebrordus Bosschaert
|
De schilderijen van de nakomelingen van Willebrord Bosschaert en met name van zijn zoon, kunstschilder Thomas Willebrordus Bosschaert, schijnen veel opzien te hebben gebaard.
In Bergen op Zoom is er in de jaren 1930 een kring opgericht, met het oogmerk om de schilderkunst van Thomas Willebrordus te evenaren.
Deze kring kreeg de naam Kunstkring Bosschaert.
Thomas Willebrordus Bosschaert
Hij is geboren te Bergen op
Zoom in het jaar 1613 en overleden te Antwerpen op 23 januari 1654 en begraven aldaar op 10 februari 1654 in
het klooster van de O.L. Vrouwebroeders. Thomas groeide op onder welgestelde omstandigheden. Zijn ouders behoorden
tot de notabelen van Bergen op Zoom.
Willebrord
behoorde tot een latere generatie als Rubens, en ging een andere weg: hij voelde
zich het meest verbonden met de elegante beeldtaal die hij in de kunst van Antoon
Van Dijck aantrof. Maar Thomas ontplooide zich als een zelfstandig creatief vormgevende
kracht, die zijn basis van Van Dijck nog op enkele andere gebieden wist te ontwikkelen.
Thomas Willebrordus was een befaamd kunstschilder. Hij had Gerard Segers tot leermeester (1629), en specialiseerde zich op grote beelden en portretten.
|
Na zijn ‘studie-omzwervingen’ in
Italië, Engeland en Duitsland keerde hij naar Bergen op Zoom terug. Daar
schilderde hij met grote vaardigheid vele altaarstukken en portretten van vorsten
en aanzienlijken, welke schilderstukken naar het werk van Anton Van Dijck zweemden.
In 1628 komt Willeboirts aan in Antwerpen, stad in
de Nederlanden bij uitstek voor een carrière als schilder. In 1608
had de allesoverheersende persoon Rubens zich ook in Antwerpen gevestigd,
en leidde er de vernieuwing van de Vlaamse schilderkunst. Menig kunstenaar,
ook van over de grenzen werden er door aangetrokken. Talrijke nieuwe kloosters
en kerken opgericht in de Contrareformatie stonden garant voor nieuwe
opdrachten. Ook al de kerkaltaren die beschadigd of verwoest waren tijdens
de beeldenstorm in de jaren 1560 dienden vervangen of gerestaureerd te
worden.
In 1636-37 werd Willeboirts als zelfstandig meester bij de Sint-Lucasgilde van
Antwerpen ingeschreven, nadat hij op 7 augustus 1637 het burgerrecht verkrijgt
van de stad. In 1649 werd hij benoemd tot directeur van de Academie te Antwerpen.
In de jaren 1650 bereikte Thomas Willeboirts zijn artistieke top. Het aantal
opdrachten was groot en deze periode is een van de meest productieve geweest.
Op 18 september 1650 werd hij gekozen tot deken van het Sint-Lucasgilde te Antwerpen.
Hij was welgesteld en kon zich veroorloven het prachtige huis 'Den Bock' in
de Florisstraat te huren voor de hoge huurprijs van 625 gulden per jaar. |
Meer info en enkele van de werken van Thomas Willebrordus Bosschaert kan je vinden op zijn biografische pagina. |
Kunstkring Bosschaert uit Bergen op Zoom
In 1935 wordt in Bergen op Zoom de kunstkring Bosschaert opgericht door Louis Weyts; en hij heeft er lange tijd de leiding gehad van de kunstkring Bosschaert. De kring heeft tot 1960 bestaan.
De kunstkring Bosschaert ontleent zijn naam aan de internationale bekende kunstschilder Thomas Willebroorts Bosschaert, in Bergen op Zoom geboren en er ook gewerkt.
De kunstkring heeft tot doel:
1: de hier wonende en werkende kunstenaars te verenigen, deze tot gezamelijke werken gelegenheid te geven en dit om. tot uiting te doen komen op een jaarlijkse tentoonstelling;
2: de bevordering van de kunstbeoefening onder deie jongeren, welke na onderzoek tonen de capaciteiten daarte te bezitten;
3: de bevordering van de kusnt in het algemeen in westelijk Noord-Brabant [...]
Dankzij de medewerking van het gemeentebestuur kreeg de vereniging de beschikking over een werklokaal, boven het Spuihuis.
Naast oprichter èn lid van de Kunstkring Bosschaert, gaf Louis Weijts er ook vele jaren teken-, schilder- en boetseerles aan leerlingen.
Louis Weijts is bekend/beroemd geworden door zijn ontwerpen van de grote carnavalswagens in Bergen op Zoom.
|
|
Louis Weijts (5 september 1905 in Bergen op Zoom - 23 december 1995).
De kunstenaar Louis Weijts werd bekend door o.a. portretten, circusfronten (Mikkenie, Suecia), reclame voor Liga (kinderkopjes), carnavalsplaten en -wagens. Daarbij heeft hij een unieke stijl ontwikkeld in zijn vrije werk, gebaseerd op het "ritme"; dit is verwant met werk van Ernst Fuchs (vriend van Dali) en andere grote meesters van de nieuwe tijd.
Van 1919 tot 1928 krijgt Louis teken- en schilderles van George van Raemdonck (1888-1966) in Halsteren en bezoekt hij één jaar de Academie in Antwerpen.
Van 1933 tot 1936 bekwaamt hij zich in het pentekenen via een schriftelijke cursus van The Press Art School in Londen.
Van 1940 tot 1947 volgt hij dagelijks schilderlessen naar levend model aan de Kunstacademie te Rotterdam; zijn leermeesters waren hier Herman E. Mees en David Boutz. Vooral van de laatste heeft Louis het portretschilderen geleerd. |
In 1937 exposeerde Louis Weijts voor het eerst in de Kunstkring Bosschaert, samen met de leden en leerlingen.
Ondanks de positieve kritieken en de veelbelovende carrière die hem wordt toegedicht, treedt hij daarna zelden - en dan altijd met enkele stukken - met zijn vrije werk naar buiten.
In zijn tijd was in Nederland de vernieuwing in de beeldende kunst erg in zwang, zoals de Cobra-groep. Het abstracte karakter daarvan lag Louis niet zo, hij wilde in zijn eigen creaties altijd herkenbare vormen, zo goed mogelijk naar de natuur, behouden. Daardoor beschouwde hij zichzelf niet behorend bij de gevestigde moderne kunstbeweging en ging zijn eigen weg, wat de wellicht zijn aarzeling om naar buiten te treden verklaart.
Het liefst werkte Louis Weijts in het groot: de circusfronten en de Vastenavond-allegoriën zijn daar voorbeelden van. Verder vond hij het werken in zwart/wit aantrekkelijker dan in kleur, hoewel de Vastenavondwagens met al hun kleurrijke variaties ruim gelegenheid boden aan zijn grenzeloze fantasie. Zijn ideaal was het combineren van zijn "Fantastic Art" met de Vastenavond-werken.
In 1995 is in het Markiezenhof een grote overzichts-tentoonstelling van Louis Weijts gehouden ter ere van zijn 90ste verjaardag.
Voor deze gelegenheid is een boekje verschenen met de titel "Alleen waarde wint", door Drs. Johanna Jacobs, conservator van het Markiezenhof, uitgegeven door boekhandel Quist, ISBN 90 735 4807 1, met veel informatie over de kunstenaar en zijn werk. |
Logo van de Kunstkring Bosschaert, ontwerp van Louis Weijts, 1936.
|
Annemiek Buijs is lid van de Bergse Kunstkring Bosschaert en maakt onder meer tekeningen, schilderijen en kantkloswerk.
Ze woont in de hofstee "Den Roosentuyll", in het Thoolse dorp Stavenisse. Deze prachtige locatie diende in de 17e eeuw als buitenhof van Jonkheer van Tuyll van Serooskerken.
"Leden van de kunstkring komen hier graag om te schilderen of te tekenen. We krijgen hier sowieso veel bezoek. Mensen vinden het heerlijk om van de natuur te genieten." |
Pastel van beeldend kunstenaar Louis Matthijs, 1990:
Annemiek Buijs al kantklossend en in klederdracht. |
Kunstkring Bosschaert en Louis Weijts
Uit de interviews met mensen die Louis goed kennen, komt hij naar voren als een gevoelige, serieuze en hard werkende man die respect afdwingt. Hij heeft een hang naar perfectie die zich in zijn vrije werk manifesteert in eindeloze studies en in zijn opdrachten in meerdere ontwerpen waaruit de opdrachtgever kon kiezen. Hoewel hij introvert is waar het zijn privé-leven betreft, praat hij vrij en openlijk over zijn ideeën en opvattingen. Zijn levenshouding is opvallend positief. Achter zijn schijnbaar stoïcijnse uiterlijk schuilt een enorm gevoelvoor humor en een ongebreidelde fantasie. Zijn levenswijze en gedachtegoed vertonen een zeldzame eigenzinnigheid en originaliteit. Enkele citaten mogen deze indruk completeren.
Nettie Franken, die les van hem kreeg in de periode 1935-1947, vertelt het volgende. "Ik ken hem vanaf dat ik een jaar of 18-19 was. Ik was lid van de Kunstkring Bosschaert geworden en kreeg met nog drie anderen les van Weijts. Naderhand heb ik nog zeven jaar particulier les van hem gehad. Hij zag denk ik iets in mij. Hij heeft mij altijd erg aangemoedigd en dat is heel belangrijk als je jong bent hè? Hij heeft één opvallende karaktereigenschap en dat is dat hij zeerprecies en degelijk in zijn werk is. Ik moest van hem bijvoorbeeld anatomie tekenen. Dat werd er gewoon ingestampt. Ik moest alles uit mijn hoofd tekenen. Hij had gevoel voor humor, hield van grapjes. Je zou zeggen dat hij verborgen facetten had. Ja, zo ene is het wel hoor... Of zoals de Engelsen zeggen: een dark horse. Dat is een van zijn kanten. Hij is degelijk maar hij houdt toch van humor. Dat zijn twee typische eigenschappen van hem. Een band kon je niet zogauw met hem krijgen. Er was toch altijd iets van... ja, hij was de grote man. En dan was er natuurlijk ook het leeftijdsverschil".
Theo Slangen kreeg les van Louis Weijts in de periode van circa 1948 tot 1960: "Ik heb eigenlijk alles wat ik als meubelrestaurateur gepresteerd heb aan Mijnheer Weijts te danken. Hij heeft mij ontwikkeld in het tekenen en in het boetseren. Door hem ben ik zo ver gekomen. Want hij was voor mij dé leermeester. Hij leerde je de fijne kneepjes van het tekenen. Je moest wel doen wat hij zei. Je had er ook leerlingen bij die een beetje hun eigen gang gingen en dat zinde hem niet. Dan kon hij ook echt kwaad worden en liet hen links liggen. Hij wilde dat je serieus werkte. Ik keek altijd wel tegen hem op. Het was een man die respect afdwong. En dat wou ik eigenlijk ook zo. Nee, een band kon je niet met hem krijgen. Ik weet niet... ik vond het een interessante man hoewel hij toch een beetje teruggetrokken was. ik denk niet dat hij het zelf zocht. ik heb wel eens momenten meegemaakt dat ik in het Spuihuis aankwam en hij niks zei. Dan liep hij op en neer en zei "pom, pom, pom, pom", dat kon wel een half uur duren. En op een gegeven moment was hij zo maar ineens weg. En dan dacht je wel eens: Goh, wat zou er met hem opdoen? Maar dat wist je natuurlijk niet. En de andere week was hij weer vrolijk en uit- gelaten. Dat is mij altijd bijgebleven. Ik vond dat heel merkwaardig maar moest er eigenlijk wel om lachen". |
Martha van Meurs-de Jonge is beeldend kunstenaar en kent Weijts van na de tweede wereldoorlog. "Louis had een heerlijke zelfspot en een heel apart gevoel voor humor. Ik herinner me een avond bij Tjeu Asselbergs in de Coehoornstraat. Het zal in 1960 of zo zijn geweest. We hebben tranen gelachen met Louis. Hij ging maar door... het ene gekke verhaal na het andere. Nou de andere dag hadden wij allebei buikpijn van het lachen. Dat heeft hij nú nog. Dat komt er dan uit met die glimoogjes en dan denk ik: man, wat ben je toch ongelooflijk. [...] Hij heeft zelfs ten opzichte van ons iets stroefs gehad. Want ja, tussen Anton [van Meurs] en hem boterde het niet zo erg, maar dat ging later steeds beter". Anton had naar aanleiding van zijn 65ste verjaardag een grote overzichtstentoonstelling in Het Markiezenhof en daar kwam Weijts naar toe. En bij Anton - die een gevoelsmens was - schoten de tranen in de ogen: "Dat jij er bent ......". Hij zei: "Natuurlijk, natuurlijk". Zie je, dat was nou Louis. Dat was een hele aparte verhouding, maar ik mocht hem altijd al graag. Maar, zoals ik zeg, in het begin op een afstandje. Anton heeft op een gegeven moment de Kunstenaarskring Het Markiezenhof opgericht. Louis werd penningmeester. Anton zei altijd "Pas jij nou maar op de centen want dat moet je aan mij niet overlaten". Toen de kring al jaren ter ziele was, kwam Louis met een sigarenkistje. Toen Anton vroeg wat dat voor een kistje was, zei Louis dat daarin het geld van Het Markiezenhof zat. Anton zei "Maar man, waarom heb je dat geld niet meteen op de bank gezet dan hadden we nog rente gekregen". ja, dat was nou Louis, héél precies".
Uit: "Alleen waarde wint" van Johanna Jacobs. |
Louis Weijts in gesprek met Martha van Meurs |
Met dank aan Annemiek Buijs en Leon Weijts, neef van de kunstschilder Louis Weijts.
Enkele hyperlinks:
|
|